Het is toch om te huilen

Dat waren de woorden van een oud collega met wie ik de partijprogramma’s van de verkiesbare partijen op het gebied van onderwijs heb bekeken. Ik vond het wel een mooie en toepasselijke titel. Je zou toch verwachten dat die programma’s snel en gemakkelijk te vinden moeten zijn (via de website bijvoorbeeld), maar dat viel hier en daar behoorlijk tegen. Facebook vind ik persoonlijk niet de plek hiervoor… het komt erg gefragmenteerd over. Vier partijen hebben we via facebook een vraag gestuurd (‘online’), maar we kregen geen enkele directe reactie. Een paar dagen later hadden twee partijen gereageerd.

Maar goed. We hebben van de meeste partijen informatie over hun onderwijsideeën gevonden en doorgenomen en u verwacht nu natuurlijk een duidelijk vergelijkend overzicht dat u kunt meenemen in uw stemkeuze. Dat was wel mijn bedoeling, maar ik moet u echter teleurstellen. Vrijwel alle partijen komen niet verder dan ‘kretelogie’ zonder enige onderbouwing of uitwerking. Het is erg beperkt en men noemt maar wat algemeenheden op. Moderne middelen invoeren, meer steun aan onderwijzers, een school op Noord, drop outs verminderen, meer geslaagden en dat soort opmerkingen. Een armoede die de titel opleverde en je ook doet denken aan de andere maatschappelijke thema’s van het programma. Zijn die ook zo ‘uitgewerkt’? Wat leuke zinsneden, A4 formaat.

We vroegen ons af welke onderwijsdeskundigen hebben meegewerkt aan het samenstellen van de partijprogramma’s. Ik kan me niet voorstellen dat mensen met een flinke onderwijservaring niet verder komen dan dit. POR had op papier de meeste aandacht (en dat vonden wij nog erg weinig) voor het onderwijs. Zij komen met QAP, KPI, QIP en NAT… een ergens vandaan geplukte organisatievorm. Zij vermelden echter ook dat kinderen met plezier naar school moeten gaan, iets waar ik het helemaal mee eens ben. Ik weet alleen niet hoe ze daarvoor willen zorgen. Verder werden bij partijen nog vermeld… totale ontwikkeling, aandacht voor de ontwikkeling van vaardigheden (waaronder kritisch denken) en meer zeggenschap van leerkrachten bij belangrijke beslissingen. Zowaar een paar vernieuwende items.

Even een zijstapje

Bij Directie Onderwijs heeft men een vacature voor het ontwikkelen van een methode voor wereldoriëntatie. Wereldorientatie is het thematisch aanbieden van de vakken kennis der natuur, aardrijkskunde, geschiedenis en maatschappijleer, waarbij de kinderen een veel grotere rol gaan spelen en leerkrachten een meer begeleidende rol hebben. Drie leerkrachten met samen meer dan 100 jaar onderwijservaring (waarvan vele jaren met wereldoriëntatie) solliciteren naar deze baan. En wat denkt u: Maakt men gebruik van hun kennis?

Oftewel er zal bitter weinig veranderen binnen het onderwijs wat er ook wordt gezegd… welke kreten er ook worden geslaagd. De mensen die dat moeten organiseren en uitwerken die zitten er namelijk al jaren en zijn theoretici. Zij hebben niet de ‘feeling’ voor kinderen, zij weten niet welke aanpak kinderen zal motiveren, zij weten niet welke werkwijzen de kinderen aanspreken. Zij hebben blijkbaar ook niet door dat als je mensen allerlei zaken oplegt (in dit geval de leerkrachten), dat dat niet werkt.

Hier en daar zal er een school worden opgeknapt, iPads zullen langzamerhand de scholen binnendruppelen… helaas alleen ter vervanging van boeken en niet ter verrijking van werkmogelijkheden (levert dat trouwens een verlaging op van het schoolgeld?) en elke klas zal uiteindelijk in airco-lucht les krijgen, maar onderwijskundig verwacht ik niets. De summiere programma’s bevatten geen moderne benadering, zijn fantasieloos, er is geen idealisme. Ik verwacht hooguit dat de speciaal aangestelde schoolpsycholoog het de komende jaren drukker zal krijgen.

Het is echt om te huilen.