Kringloop van de angst

Goed onderwijs hangt of staat met goede communicatie. Tussen leerkracht en leerling, tussen leerlingen, tussen leerkrachten, tussen de directeur en de leerkrachten en vanuit hogere regionen.

Goede communicatie houdt in dat je naar elkaar luistert, elkaar respecteert, vertrouwen in elkaar hebt en vooral dat je je vrij voelt om te zeggen wat je denkt/wilt. Eerlijkheid is troef!

Angst

Van jongs af aan krijgen kinderen veelal te horen ‘ Als je dit niet doet, dan…’. Vaak wordt het op een niet zo vriendelijke toon gezegd, dus wat moet een kind denken? Een klein kind weet vaak wel waarom hij iets niet moet doen (maar het uitproberen is onderdeel van de ontwikkelingsfase) en een goede ouder bespreekt  ‘het waarom’.

Op scholen wordt deze benadering ook gehanteerd. Er zijn regels op school en daar moet je je aan houden, want anders…?

En nu draait het om de instelling van de leerkrachten, want de vraag is of het waarom goed besproken wordt. Dat het hier en daar volkomen mis gaat blijkt wel uit onderstaande uitspraken:

‘Een leraar echt in vertrouwen nemen. Ik vertrouw geen enkele leraar. Het enige wat je ermee bereikt is dat binnen korte tijd de hele school het weet. Er wordt ontzettend onderling gekletst’

of

‘Kritiek leveren, ik begin er niet meer aan. Ze doen er toch niets mee en jij wordt gezien als een vervelend kind. Daarbij komt dat er  medestudenten zijn die het altijd eens zijn met de leraar’.

De communicatie zoals hij zou moeten zijn is hier volkomen verdwenen. Het kan echter nog erger…

Een praktijkvoorbeeld:

Een student (X) heeft een ‘niet zo leuke’ opmerking gemaakt over de kleding van een meisje. Hij wordt daarover aangesproken door de coördinator ciclo basico, die hem vertelt dat dergelijke opmerkingen ‘not done’ zijn.

Blijkbaar wordt er onderling tussen de docenten ook over gesproken, want tijdens KGL (Kennis van het Geestelijk Leven, hoe toepasselijk!)  gaat de desbetreffende docent nog even vertellen, in aanwezigheid van de andere kinderen, wat zij van X zijn gedrag vindt.

Ze zegt o.a. ‘God zal je straffen. Als jij je short naar beneden doet, zal een man je daar ‘helpen’, jij de klas uit of ik ga van klas veranderen.’

Ik neem aan dat we hier wel op de uiterste grens zitten of eigenlijk een grens zijn gepasseerd. Het is namelijk een fantastisch voorbeeld van hoe we zeker niet met elkaar om moeten gaan. Iedereen (bijna iedereen) begrijpt dat dit volstrekt averechts werkt. Respect?

Strafwerk

Om van een probleem en gedoe af te zijn is er strafwerk uitgevonden. Ik gaf als leerkracht ook wel eens strafwerk. Ik gaf ‘de stoute leerling’ een blaadje, liet hem (meestal) een of andere onzinnige zin opschrijven en als hij drie regels geschreven had, pakte ik het blaadje weer af en zei: ‘ Begrijp je het nu’? Meestal liet ik hem na school even nablijven om  ’het waarom’ te bespreken.

Dat is wat anders dan ‘schrijf de schoolregels maar 50 keer over, dan leer je ze tenminste’. In deze situatie wordt strafwerk gebruikt als een drukmiddel en niet als een bespreekmoment.

Ook mogelijk is ‘als je dit doet krijg je een rode kaart. Dan moeten je ouders naar school komen. Moet je maar eens opletten welke problemen je dan hebt’. Doe er een scheutje bovenop. Goh wat is die school leuk!

Nog een scheutje!

‘Ik durf niet naar de leerkracht of de directeur te stappen. Ik ben het helemaal niet eens met wat er op school gebeurt, maar als ik er iets van zeg, te kritisch ben, dan loopt mijn kind gevaar. Dan kan die leerkracht zich wel eens afreageren op mijn kind.’

Ik weet dat menig ouder zich hierin herkent, want ik heb het al ettelijke malen, in allerlei verschillende vormen en situaties, gehoord. Het  ‘ik moet oppassen wat ik zeg’  zit niet alleen ingebakken in het onderwijs, maar ook in de samenleving.

Waar is de goede communicatie toch gebleven?